Mieren


Hoe herken je een mier?

De werksters van mieren zijn allemaal 3-4 mm. lang; de antennen altijd geknikt. De koninginnen en mannetjes zijn gevleugeld. De mannetjes zijn kleiner dan de werksters, de koninginnen groten.

Leefwijze

Koninginnen en mannetjes ondernemen in grote aantallen tegelijk in de zomer een "bruidsvlucht", hierbij bevruchten de mannetjes de koninginnen. De mannetjes sterven na de bruidsvlucht, de koninginnen gaan nieuwe nesten inrichten. Uit de gelegde eitjes komen de werksters. Mieren voeden zich met andere insecten en met zoetigheid. Nesten komen vooral buiten voor, van waaruit de werksters soms terecht komen in woningen.

Preventie

Voor mieren aantrekkelijke producten onbereikbaar opbergen.
Naden en kieren afdichten.
Open stootvoegen voorzien van fuinmazig insectengaas.

Bestrijding

Buitenshuis looppaden en nestingangen spuiten of gieten met een bestrijdingsmiddel of de nesten en nestingangen behandelen met een poedervormig insecticide. Binnenshuis enkele lokdoosjes uitzetten.